Driedimensionale meting van de schachten in de vuursteenmijnen en inmeting voor het RijksDriehoeksnet
De Werkgroep Prehistorische Vuursteenmijnbouw heeft de mijn tijdens de opgravingen in 1964-1972 goed ingemeten.
De kaart is door W.M. Felder en P.W. Bosch volledig in kaart gebracht in 1987.
Echter: een inmeting ten opzichte van het Rijksdriehoeksnet
(RD) was nog nooit
eerder gerealiseerd.
Deze werkzaamheden zijn gerealiseerd gedurende het archeologisch veldonderzoek
gedurende de jaren 2008-2013.
Om de inmeting in het Rijksdriehoeksnet te
realiseren is er gezocht naar vaste meetpunten in de huidige bezoekersgang van
de prehistorische vuursteenmijnen om deze te koppelen aan het meetsysteem op de
tekeningen van de werkgroep.
Daarnaast werd er een pilot uitgevoerd om te kijken of de mijn met behulp van
een 3D scanner efficiënt en nauwkeurig kon worden ingemeten.
Het doel was om na het inmeten met een 3D scanner te beoordelen of deze methode
werkbaar is en informatie kon geven over de toestand van de mijn.
Een 3D scan kon worden gezien als een nulmeting van de monitoring van de mijnen.
Met de scan kunnen verstoringen en verzakkingen en andere veranderingen worden
vastgesteld op grond waarvan de gangen goed kunnen worden beheerd.
Inmeting in het RijksDriehoeksnet:
Voor deze inmeting is de uitgewerkte tekening van de Werkgroep Prehistorische
Vuursteenmijnbouw uit 1987 gedigitaliseerd.
Deze bevatten een coördinatiesysteem en een nulpunt.
Dit nulpunt bleek echter niet 100% nauwkeurig weergegeven te zijn op de tekening:
Op de Y-as ligt het nulpunt op de juiste plaats, maar op de X-as ligt deze 56 cm
te ver naar links (naar het zuiden).
Daarom is dit nulpunt niet gebruikt kunnen worden.

Gedigitaliseerde overzichtstekening van de plattegrond van de prehistorische
vuursteenmijnen te Rijckholt
Gemaakt door de Werkgroep Prehistorische Vuursteenmijbouw.
Voor de ingang van de bezoekersgang (rechter onderkant) staat met een sterretje
het niet gebruikte nulpunt aangegeven.
© Afbeelding: 2013: Rapportage Archeologische Monumentenzorg no. 218 RCE.
Om de gedigitaliseerde tekening in het RijksDriehoeksnet op te nemen was het
nodig om het lokale coördinatensysteem te relateren aan het RijksDriehoeksnet.
Dit gaat het beste aan de hand van vaste punten in de mijn die zijn vastgelegd
in het lokale systeem.
Om de ligging in het RijksDriehoeksnet te bepalen is in oktober 2009 geprobeerd
om het nulpunt terug te vinden zoals dit hierboven op de kaart zichtbaar is met
een sterretje.
Dit punt zou voor de huidige ingang van de mijn moeten liggen.
Helaas lukte het niet om dit punt te traceren.
Wel zijn er in de bezoekersgang in mei 2011 meetpunten teruggevonden. Deze
punten bleken te zijn aangebracht in het midden van het plafond van de gang.
Het betrof vijf messing boutjes.

Markering meetpunt 11 en groene messing bout in het plafond (midden bovenaan).
© Afbeelding: 2013: Rapportage Archeologische Monumentenzorg no. 218 RCE
Vier van deze messing boutjes hebben een een nummering op de muur (MP 8 tot en met
MP 11) [MP = MeetPunt].
De meetbouten 1 tot en met 7 zijn niet teruggevonden.
De bout in het plafond bij de ingang heeft geen nummer.
Bij het inmeten is er gekeken naar de richting van de lijn tussen de meetpunten
omdat de meetpunten 8-11 niet staan aangegeven op de op de tekeningen van
de Werkgroep.
Als er een lijn wordt getrokken tussen het meetpunt aan het plafond bij de
ingang en meetpunt 11 heeft deze een hoek van 99,4749 graden ten opzichte
van het noorden.
Omdat het nulpunt niet werd aangetroffen is als extra referentiepunt de
deurstijl van de ingang van de mijn gebruikt.
Deze meetpunten zijn vervolgens door Dhr. A.G. Jong, samen met de nissen in de
bezoekersgang die toegang geven tot de mijngangen en de andere ingangen
ingemeten in het RijksDriehoeksnet.
Deze staan op onderstaande tekening van de mijn aangegeven:

Overzicht van het meetwerk en de meetpunten in de hoofdgang van de mijn.
De rode lijnen aan de zijkanten van de bezoekersgang zijn de nissen (doorkijkjes
naar de prehistorische vuursteenmijntjes).
© EASY/DANSAfbeelding: 2013: Rapportage Archeologische Monumentenzorg no. 218 RCE
Het lokale coördinaat 0/0 is het punt waaromheen de tekening is gedraaid. Dit
punt ligt op de volgende coördinaten van het RijksDriehoeksnet:
180.191.450/311.695,820.
De gehanteerde hoek is 99,4749 graden rechtsom.
De volledige meting van de vuursteenmijnen is nu in het Nederlands
coördinatenstelsel opgenomen.
De gedigitaliseerde kaart / plattegrond is beschikbaar in het coördinatenstelsel
van het RijksDriehoeksnet in de schaal 1:100 als PDF via EASY/DANS onder de naam
RIJC1-_kaart_mijn_RD.PDF
Afbeelding van de PDF:

Afbeelding van de gedigitaliseerde kaart / plattegrond van de vuursteenmijnen
zoals opgenomen in het RijksDriehoeksnet
© EASY/DANS 2011
Een grotere plattegrond van de gedigitaliseerde kaart zoals ingemeten in het Rijksdriehoeksnet is beschikbaar bij het onderdeel
foto's.
Of klik op de afbeelding van de kaart hierboven.
Daarnaast is deze plattegrond beschikbaar als
PDF (1,49 MB).
Driedimensionale inmeting van de vuursteenmijnen:
In mei 2011 is er een proef gestart om de dimensies van een
aantal mijngangen door middel van een 3D scanner in te meten.
Deze meeting met de 3D-scanner was een pilot om te bepalen of de mijn met behulp van deze
methode efficiënt en nauwkeurig kon worden ingemeten.
De metingen werden uitgevoerd ter hoogte van de mijnschachten 32, 54 en 57
achter nis 13 en een serie metingen ter hoogte van mijnschacht 2.
Mijnschacht 2 is tussen 1923 en 1925 opgegraven door de professors Van Giffen en
Van de Sleen.
Op de eerste locatie werd ongeveer 36 m2 in kaart gebracht
en op de tweede locatie ongeveer 14 m2.
Daarnaast werden de eerste 70 meter van de bezoekersgang en het kantoortje
ingemeten, totaal ca. 200 m2.
Vanwege de kleine beperkte ruimte in de mijngangen moesten er nogal veel
opstellingen van het 3D-scan apparaat gemaakt worden per gemeten m2.
In het totaal werd de meetapparatuur op 21 locaties opgesteld.
Voor de 3D scan is een FARO-laserscanner 880HE gebruikt

Opstelling van de FARO-laserscanner in de mijn.
Op de achtergrond (rechts van de scanner) is een van de referentiebollen te
zien.
© Afbeelding: 2013: Rapportage Archeologische Monumentenzorg no. 218 RCE
Deze scanner meet met een snelheid van 120 000 punten per seconde met een
nauwkeurigheid van 0,6mm
Op de driedimensionale plaatjes die hiermee gemaakt kunnen worden heeft ieder
pixel een X-, Y- en Z-coördinaat.
Bij iedere opstelling zijn meerdere referentiebollen ingemeten.
Deze referentiebollen zorgen ervoor dat de verschillende opstellingen van de
3D-scanner aan elkaar kunnen worden gerelateerd.
Een gedeelte van deze referentiebollen is ingemeten in het RijksDriehoeksnet,
waardoor de volledige meting in het Nederlands coördinatenstelsel kon worden
opgenomen.
Deze gegevens kunnen gebruikt worden om zeer nauwkeurige CAD tekeningen te maken
(met behulp van computer tekeningen ontwerpen).
Een projectie van de driedimensionale meting in het RijksDriehoeksnet op de
gedigitaliseerde tekeningen van de werkgroep laat zien dat de draaiing en
locatie van de tekening betrouwbaar is (zie afbeelding hieronder).
De ligging van de gescande mijngangen komen precies overeen met die van de
plattegrond van de werkgroep.

Driedimensionale scan zoals geprojecteerd op de tweedimensionale inmeting van
de Werkrgoep in het RijksDriehoeksnet.
Het betreft de grijze vlakken.
© Afbeelding: 2013: Rapportage Archeologische Monumentenzorg no. 218 RCE
Van de verschillende plaatsen waar het 3D-scanapparaat was opgesteld werden
panorama-afbeeldingen van 360° gemaakt waarop is te zien wat is gemeten vanaf
dat specifieke opstelpunt van de 3D-scanner.

360 gradenafbeelding van 3D-scanopstelling bij schacht 2.
De referentiebollen zijn duidelijk te zien, waarmee de diverse scans aan elkaar
zijn gerelateerd.
© Afbeelding: 2013: Rapportage Archeologische Monumentenzorg no. 218 RCE
De resultaten van de driedemensionale meting tonen aan dat het met
3D-scannner mogelijk is om informatie te verzamelen ten behoeve van een
nulmeting.
Uit een berekening bleek dat het scannen van de volledige mijn (ca. 2500
m2 ) ongeveer 50 dagen in beslag zal nemen.
Met een volledige scan kunnen ook veranderingen in de mijngangen als gevolg van
verzakkingen en verstoringen goed inzichtelijk worden gemaakt.
Het detailniveau van deze scans is zo hoog, dat sporen op de wanden goed in
beeld kunnen worden gebracht en gemeten, zonder dat er verder in de mijn hoeft
te worden gegaan.
Ook bieden de scans interessante educatieve elementen.
Er is geen duidelijkheid of en wanneer zo'n volledige scan alsnog
gerealiseerd zal gaan worden.
3D afbeeldingen:
In mei 2021 zijn er enkele 360 graden foto's gemaakt voorafgaand aan de
renovatie van de vuursteenmijnen
die onder leiding van de Stichting ir. D.C. van Schaik worden uitgevoerd.
Tevens zijn er op de vier plaatsen waar de nieuwe bezoekersgangen komen ook 3D
scans gemaakt met een GeoSlam 3D-scanner.
De Gemeente Riemst (België) heeft de scans gemaakt

3D scan / afbeelding van gang 40. Op de voorgrond is de bezoekersgang te
zien.
©2021 Stichting ir. D.C. van Schaik. Scan gemaakt door de Gemeente Riemst.

3D scan / afbeelding van gang 37. De schacht is duidelijk zichtbaar.
De blauwe baan vooraan is de bezoekersgang.
©2021 Stichting ir. D.C. van Schaik. Scan gemaakt door de Gemeente Riemst.
Meer resultaten van deze 3D scans zijn te vinden op de
speciale fotos pagina.
Daarnaast zijn er in september 2021 enkele zeer goede 3D scans gemaakt van een
deel van de mijntjes met fotogrammetrie.
Deze resultaten zullen in een later stadium gepubliceerd worden.
De onderstaande 3D visualisatie is gemaakt vanuit de gedigitaliseerde
plattegrond zoals gemaakt door W.M. Felder en P.W. Bosch in 1987
van de Nederlandse Geologische Vereniging, Afdeling Limburg: Werkgroep
Prehistorische vuursteenmijnen.
Het is een 3D visualisatie van de bestaande situatie van vóór de restauratie en
uitbreiding in 2021-2022 gemaakt door Joep Orbons (ArchePro) in 2021.

Voorbeeld van bovenaanzicht van de 3D scan. © 2021 Joep Orbons (ArchePro).
De technische ruimte is goed herkenbaar op de afbeelding (links onderaan) . De lange gang met lichtblauwe vloer is de bezoekersgang van waaruit de prehistorische galerijen
/ mijngangetjes te zien zijn.
De bruine zones zijn zogenaamde dolines (ook wel "geologische orgelpijp"
genoemd) waar grond, grind, zand en loss door zwakke plekken (door oplossing in
het regenwater) in de kalksteen naar onder dringt
Ook zijn enkele schachten zichtbaar.

Detail van enkele mijngangetjes in 3D. Duidelijk zijn de zwarte
vuursteenknollen te zien die in de mergelwand zitten.
Ook zijn enkele schachten duidelijk zichtbaar. De bruine zones zijn zogenaamde dolines
(ook wel "geologische orgelpijp" genoemd).
© 2021: Joep Orbons (ArchePro).
Deze 3D visualisaties zijn gemaakt op basis van het programma QGis.
Om deze 3D visualisaties te bekijken heb je geen extra software of plugins nodig
om het op je eigen computer of mobiel apparaat te laten werken.
Met de muis kun je in- en uitzoomen, daarnaast kun je de pijltjes toetsen
gebruiken.
Er is een speciale website om deze 3D visualisaties te bekijken:
https://verbouwing.vuursteenmijn.nl/images/uploads/Verbouwing/3D/vuursteenmijn/vuursteen3d.html
Web-site gemaakt door Henk Engelen

Revised:
|